Classe Audio CT-10 Stereo System User Manual


 
LET OP: bij FM tuners worden twee verschillende
hoogcorrecties toegepast. De zogeheten
‘deëmfasis’ dient voor sommige landen – de VS
en Japan bijvoorbeeld – anders te zijn dan hier in
Europa, net als het afstemraster. Op de
achterzijde bevindt zich een schakelaar ‘REGION’
om deze correctie in te stellen. Zie onder
‘Deëmfasis’. Raadpleeg zonodig uw leverancier
of de vertegenwoordiging van Classé in uw land
voor de juiste gegevens.
Er zijn afzonderlijke antennes nodig voor FM en
MG ontvangst. Zie de paragraaf "Over
ontvangst en prestaties" voor meer informatie
over antennes.
FM ANTENNE
Een FM ‘dipool’ kamerantenne is een speciaal
stuk lintkabel dat eruit ziet als een ‘T’ wanneer
hij wordt uitgelegd. Het is een bruikbare
oplossing voor nabijgelegen zenders, maar erg
gevoelig voor storingen van auto’s, brommers en
huishoudelijke apparaten. Raadpleeg de
paragraaf over antennes verderop in deze
handleiding.
Aansluiten adapter
Draai de beide aansluitschroefjes op de
adapter los.
Schuif de aansluitvorkjes van de kabel onder
elk van de aansluitingen.
Draai de schroefjes stevig vast en zorg dat zij
elkaar niet raken.
Steek de adapter op de ronde antenne-
ingang van de CT-10.
Richt de antenne voor optimale ontvangst.
Bevestig de antenne tegen de wand of tegen
de achterzijde van een kast o.i.d.
MG ANTENNE
Voor MG-ontvangst heeft u een afzonderlijke
plastic ringantenne nodig met aan het uiteinde
van de kabel twee aansluitvorkjes. Hiermee kunt
u de meeste nabijgelegen zenders goed
ontvangen. Zie de opmerking over MG
ontvangstverbetering onderaan deze pagina.
Aansluiten
Draai de beide AM aansluitschroefjes op de
achterzijde van de CT-1 los. U heeft geen
schroevendraaier nodig.
Schuif de vorkjes van elke ader onder de
beide AM aansluitingen.
Draai de schroefjes stevig vast en zorg dat zij
elkaar niet raken.
Stel de antenne zo ver mogelijk van de CT-10
op om interferentie te voorkomen en richt
deze voor optimale ontvangst.
OPMERKING: de MG-antenne kan op de
achterzijde van de CT-10 worden bevestigd. Dit is
echter uitsluitend gedaan om praktische
redenen; beter is een opstelling verder weg.
Probeer zo mogelijk uit welke opstelling de beste
resultaten geeft, meestal is dat zover mogelijk
van de tuner en metalen objecten.
GEBRUIK VAN DE CT-10 MET
INFRAROOD SYSTEMEN
IR AFSTANDSBEDIENING AANSLUITINGEN
Via de ingang voor infrarood sturing via een
bedrade uitbreiding of een systeembesturing,
nodig wanneer de IR bevelen het frontpaneel van
de apparaten niet kunnen bereiken. Deze ingang
is voor een tweeaderige mini-jack (3,5 mm); de
top is positief en de huls is negatief. Uw
geautoriseerde Classé Audio dealer of
installateur kan u nader informeren over een
geschikt besturingssysteem voor de CT-10. De
externe afstandsbediening kan worden
doorgelust zodat meerdere IR gestuurde
apparaten kunnen worden aangesloten.
AANSLUITING IR SENSOR
De IR In aansluiting is bedoeld voor een losse
sensor of een systeemcontroller. Op die manier is
een losse op de voorzijde geplakte IR verbinding
overbodig. Hiervoor zijn de volgende toebehoren
nodig:
Infrarood sensor
Voeding voor het IR systeem
Een aansluitblok van de leverancier van het
extern IR-systeem
Een twee-aderige kabel met een 3,5 mm
mini-jack aan beide zijden
Aansluiten
Sluit de sensor aan op de ingang van het
aansluitblok
Sluit de voeding aan op het aansluitblok
Verbind een kabel met mini-jacks met het
aansluitblok
Verbind de andere zijde van de kabel met de
IR In jack op de CT-10
Verbind zonodig een IR zender of IR sturing
met de IR Out jack van de CT-10 om andere
componenten te sturen
OPMERKING: de aansluitingen van IR systemen
verschillen van merk tot merk. Raadpleeg vooral
de aanwijzingen van de fabrikant van het IR
systeem voor de juiste informatie.
DC TRIGGER
De CT-10 kan automatisch in- en uitgeschakeld
worden middels een 12 V trigger van een
externe gelijkstroombron, afkomstig van een
(voor)versterker of systeemcontroler.
Daarvoor zijn de volgende toebehoren nodig:
Een triggerkabel met 2,5 mm submini-jacks
Een apparaat dat een +9 tot +12 V DC
triggerspanning afgeeft
Controleer of de netspanning uitgeschakeld is
voordat u gaat aansluiten.
Sluit dan het ene einde van de kabel aan op de
12 V Trigger In aansluiting van de CT-10.
Verbind het andere einde met het apparaat dat
de DC triggerspanning levert.
OPMERKING: Zodra een 9 – 12 V DC signaal
naar de Trigger In aansluiting van de CT-10
wordt gestuurd, is de standby toets op de
voorzijde uitgeschakeld. Wanneer het apparaat
dat u de CT-10 wilt laten sturen niet over een
2,5 mm triggeruitgang beschikt, kunt u één plug
verwijderen en de draadeinden gebruiken naar
eigen inzicht gebruiken. De top is positief en de
huls negatief.
ANDERE COMPONENTEN TRIGGEREN VANUIT
DE CT-10
De 12 V Trigger Out aansluiting van de CT-10
voert dezelfde DC triggerspanning als wordt
aangeboden op de 12 V Trigger In jack. Op die
manier kan deze spanning worden doorgelust
naar apparatuur van andere fabrikanten met
soortgelijke 12 V systemen. Hier zijn de volgende
toebehoren voor nodig:
Een tweede trigger kabel met 2,5 submini-
jacks
Een component die kan worden gestuurd met
een externe +9 V tot +12 V DC
triggerspanning.
Voordat u de verbindingen maakt altijd eerst
controleren of alle apparatuur uitgeschakeld is.
Verbind het ene einde van de kabel met de 12 V
Trigger Out jack van de CT-10 en het andere met
de component die u wilt sturen.
LET OP: wanneer het apparaat dat u de CT-10
wilt laten sturen niet over een 2,5 mm
triggeruitgang beschikt, kunt u één plug
verwijderen en de draadeinden gebruiken naar
eigen inzicht gebruiken. De top is positief en de
huls negatief.
LET OP: De navolgende informatie is uitsluitend
bedoeld voor verkopers en installateurs. U kunt
deze sectie overslaan wanneer u niet tot één van
beide categorieën behoort.
RS-232 STURING
De RS-232 aansluiting van de CT-10 is uitsluitend
bestemd voor een computergestuurde systeem
controller. De CT-10 is geschikt voor de meeste
systeem controlers.
AANSLUITEN VAN EEN CONTROLLER OP DE RS-
232 POORT
Hiervoor zijn de volgende toebehoren nodig:
Een computer controle systeem met een
RS-232 seriële uitgang
Een RS-232 kabel met DB9 aansluiting. De
configuratie is: pen 2 zenden, pen 3
ontvangen en pen 5 massa.
Controleer voor het aansluiten of alle apparatuur
is uitgeschakeld.
Aansluiten:
Verbind de RS-232 kabel met de RS-232
aansluiting van het computer controller
systeem.
Verbind de RS-232 kabel met de RS-232
aansluiting van de CT-10.
20