Arcam DT91 Stereo System User Manual


 
DT91
NL-4
DT91
NL-5
Nederlands
Installatie
POWER INLET
115/230V
AERIAL
INPUT
L
R
AUDIO OUTPUTS
1
2
COAX
OPTICAL
DIGITAL OUT
REMOTE
IN
PROGRAM RS232
SUPPLY
VOLTAGE
115V
230V
De eenheid plaatsen
n Plaats de DT91 op een vlakke, stevige ondergrond. Zet hem niet in direct zonlicht, nabij een
hittebron of op een vochtige plaats.
n Plaats de eenheid niet boven op een eindversterker of andere hittebron.
n Zet de DT91 niet in een gesloten ruimte (bijvoorbeeld een boeken- of wandkast) tenzij er
gezorgd is voor goede ventilatie. De DT91 wordt tijdens normale werking warm.
n Zorg ervoor dat de ontvanger voor de afstandsbediening in het midden van het display op
het voorpaneel, niet geblokkeerd wordt, daar dit de werking van de afstandsbediening kan
belemmeren. Als plaatsing in het gezichtsveld niet mogelijk is, kunt u een herhaler voor de
afstandsbediening gebruiken, in combinatie met de connector op het achterpaneel (zie verder)
n Plaats uw platenspeler niet boven op deze eenheid. Platenspelers zijn zeer gevoelig voor de ruis
die door netvoeding gegenereerd wordt. Staat een platenspeler te dichtbij, dan hoort u deze ruis
als gebrom op de achtergrond.
Aansluiting
Analoge geluidsuitgangen
De DT91 is van twee paar stereo analoge
geluidsuitgangen voorzien, waarbij beiden
hetzelfde signaal dragen. Sluit één paar
aan op de ingang van uw versterker via
een paar geschikte verbindingskabels.
Het tweede paar kan desgewenst met een
tweede versterkerinstallatie verbonden
worden voor gebruik in meerdere kamers,
of naar een bandrecorder geleid worden om
opnames te maken.
N.B.: Er worden geen verbindingssnoeren
bij deze tuner geleverd. Het is raadzaam
om hoogwaardige afgeschermde kabels
te gebruiken, omdat kabels van inferieure
kwaliteit de algehele kwaliteit van uw
systeem aantasten. Gebruik alleen kabels
die voor die speci eke toepassing zijn
ontworpen, aangezien andere kabels
andere impedantiekarakteristieken hebben,
waardoor uw system slechter zal presteren
(gebruik bijvoorbeeld geen videokabels om
audiosignalen over te dragen). Alle kabels
dienen zo kort mogelijk te zijn.
Het is raadzaam om er bij het aansluiten
van uw apparatuur voor te zorgen dat de
kabels voor netvoeding en uw audiokabels
zo ver mogelijk uit elkaar liggen. Als u dit
niet doet, kan dit ongewenste ruis in de
audiosignalen veroorzaken.
De digitale geluidsuitgangen
De DT91 is uitgerust met zowel optische als coaxiale
digitale audio uitgangen; beiden dragen steeds
dezelfde informatie. Indien gewenst, kunnen deze
uitgangen met een externe decoder/D/A-omzetter
of een ontvanger worden verbonden, met het oog op
het verbeteren van de uiteindelijke geluidskwaliteit.
De uitgangen kunnen tevens worden gebruikt voor
het verbinden van deze tuner met een digitaal
opname medium (bvb CD-R of een MiniDisc
opnametoestel) om een rechtstreekse opname waar
te maken. Wanneer er naar een DAB radiostation
wordt geluisterd, draagt deze uitgang een signaal
met een samplefrequentie van 48kHz over, bij FM-
radio is de samplefrequentie van het signaal 32kHz.
De ingang voor de
afstandsbediening
Indien u deze tuner gebruikt
in samenhang met een
versterker die eveneens van een
afstandsbediening-aansluiting
is voorzien (zoals de Arcam
DiVA AVR300), dan kan u de
REMOTE OUT van de versterker
verbinden met de REMOTE IN
van de tuner aan de hand van
een 3,5mm stekker. Hierdoor
ontstaat de mogelijkheid om
instructies op afstand via de
versterker aan de tuner door te
geven, als deze laatste uit het
zicht is geplaatst. Deze methode
kan ook worden gebruikt voor
het versturen van signalen
binnen meerdere kamers.
De afstandsbedieningingang
dient te worden voorzien van een
mono 3,5mm stekker met een
actieve ‘tip’ en een geaarde ‘ring’.
Afstands-bedieningssignalen
kunnen alleen in gemoduleerde
RC5-indeling met een
spanningsniveau tussen 5V en
12V.
Antenne-ingang
De coaxiale kabel van de
antenne moet met een
50 Ω (schroef)connector
worden uitgerust. Verbindt
deze connector met de
antenne-ingang op de
achterkant van deze
tuner door de pin in het
gaatje in het midden van
de connector te duwen,
en daarna de hoes aan
de buitenkant vast te
schroeven.
Zorg ervoor dat de
connector niet te hard
wordt aangespannen
(enkel manueel, daar het
gebruik van gereedschap
schade kan toebrengen
aan het electronisch
netwerk dat zich achter de
connector bevindt.
Zie ‘Radio-antenne’ voor
verdere informatie over
het gebruik/installatie van
de juiste antenne.
Netsnoer
Het apparaat wordt meestal geleverd
met een netstekker die al aan het snoer
vastzit. Als de stekker om bepaalde
redenen verwijderd moet worden,
dient hij onmiddellijk op veilige wijze
weggegooid te worden, omdat er gevaar
op een elektrische schok bestaat wanneer
de stekker in het stopcontact gestoken
wordt.
Controleer of de meegeleverde stekker in
uw contactdoos past en of het voltage van
uw lichtnet overeenkomt met de voltage-
instelling (115 V of 230 V) die op de
achterkant van de eenheid vermeld wordt.
Als het voltage of de netstekker afwijkt, of
als u een nieuw snoer nodig heeft, neemt
u contact op met uw Arcam-leverancier.
AANSLUITEN
Duw de stekker (IEC-contactdoos) van
de meegeleverde stroomkabel in het
aansluitpunt (POWER INLET) op de
achterkant van de eenheid. Zorg ervoor
dat de stekker er stevig in zit.
RS232-bediening
De DT91 is voorzien
van een seriële RS232-
connector waarmee
afstandsbediening vanaf
een PC of gelijksoortig
apparaat mogelijk is.
Het afstandsbediening
protocol wordt in
de Appendix van dit
handboek beschreven.
Voltage-instelling
Zet de voltageschakelaar
om naar 115V of 230V,
afhankelijk van het
voorziene voltage in de
regio.