59
Nederlands
• PANORAMA: De panorama-optie trekt
het stereobeeld aan de voorkant uit elkaar,
waardoor als het ware het muzikale
gegeven om u heen komt te staan. De opties
zijn aan/uit.
• DIMENSION: Met deze optie kunt u het
muziekpodium virtueel naar voren en
achteren schuiven. U heeft zes oplopende
instellingen (0 tot 6). Bij 0 wordt het beeld
maximaal naar achteren gezet, voor
optimaal surroundeffect. Bij 6 is het beeld
maximaal naar voren geplaatst, voor
minimaal surroundeffect. 3 vertegen-
woordigd de stand neutraal.
• CENTER WIDTH: Met deze optie inge-
schakeld stuurt u iets van het signaal
bestemd voor het middenkanaal naar de
beide andere voorluidsprekers. Zo maakt
u het totale geluidsbeeld wat breder. U kunt
het geluidsbeeld verbreden in acht stappen.
In stand 0 gaat niets van de informatie van
het middenkanaal naar elders. In stand 7
gaat alle informatie van het middenkanaal
naar de andere voorluidsprekers, de
middenluidspreker doet dan ook niets meer.
Met de standen 1 t/m 6 kunt u het breedte-
beeld manipuleren.
Als u alle instellingen heeft gemaakt, drukt u
op de toets “ENTER” om naar het “INPUT
SETUP” menu terug te keren.
Het luidspreker instellingsmenu
“SPEAKER SETUP”
SPEAKER SETUP
FRONT: Large
CENTER: Large
SURROUND: Large
CENTER BACK: Large
SUBWOOFER: Yes
CB SPKR SEL: 1 SPEAKER
ENT KEY=MAIN MENU UP KEY=up
+/– KEY=change DWN KEY=down
Het luidspreker instellingsmenu is gemaakt om
de RSX-1055 specifiek voor uw luidsprekers
te configureren. Ook dit menu is bereikbaar
via het hoofdmenu.
Thuistheater luidsprekersystemen variëren nogal
in grootte, aantal en prestatie, dit laatste vooral
in de lagere frequentie regionen. Surround
processors hebben stuurlogica aan boord om
de lage tonen naar die luidsprekers te leiden,
die die lage tonen het best kunnen weergeven:
subwoofers en grote luidsprekers. Voor
maximale prestaties moet u de RSX-1055
vertellen hoeveel luidsprekers u gebruikt en
hoe u de lage tonen onder deze luidsprekers
wilt verdelen.
EXTRA
INFORMATIE
: In een surroundsysteem
bestaan twee soorten lagetonenweergave. De
eerste soort kennen we als vanouds: dat deel
van het muziekspectrum dat tot de lagere
regionen behoort. Deze lagetonen zijn een
onderdeel van iedere geluidsregistratie. In de
digitale surroundopnametechniek hebben we
echter een speciaal effectkanaal en dat is die
1 in 5.1. Daar stopt de geluidsregisseur alle
explosies van bommen en granaten in, maar
ook het gerommel van een naderend onweer
etc. Om dit soort en ander geweld nu goed
te kunnen weergeven gebruiken we in de
surroundweergave een z.g. “subwoofer”.
Zo’n subwooferkanaal wordt alleen gebruikt
bij Dolby Digital en DTS. Alle andere formaten
kennen geen subwooferkanaal, maar dat wil
niet zeggen dat u uw subwoofer dan niet
kan gebruiken.
De onderstaande luidsprekerconfiguratie rept
over “LARGE” (groot) en “SMALL” klein. Dit
groot en klein slaat meer op de prestatie van
de betreffende luidsprekers dan om de fysieke
afmetingen. Een luidspreker die het volledige
frequentiespectrum tot ver in het laag aan kan,
wordt verondersteld een grote luidspreker te
zijn, hoewel die helemaal niet zo groot hoeft
te zijn. Een luidspreker met een beperkte
basweergave hoe groot hij ook is, wordt
verondersteld als klein.
Je kan stellen dat in het algemeen het systeem
lage tonen zal weghouden van kleine
luidsprekers en deze zal sturen naar de grote
luidsprekers of subwoofer in het systeem.
Hieronder vier voorbeelden die het principe
illustreren van lagetonen-beheer:
• In een geluidssysteem met vijf grote
luidsprekers (in de zin als boven omschreven)
en een subwoofer behoeft de lagetonen-
weergave niet geredigeerd te worden. Alle
luidsprekers geven gewoon alle lagetonen
weer die in hun betreffende kanaal
voorkomen en de subwoofer geeft alleen het
laag weer van het subwooferkanaal (in het
jargon LFE genaamd). Afhankelijk van de
film, is dit natuurlijk niet de meest effectieve
wijze van gebruik van uw kostbare subwoofer,
maar wordt wel het maximale van uw andere
luidsprekers en versterker geeist voor de
weergave van de “normale” lagetonen.
• In een geluidssysteem met vijf grote
luidsprekers (in de zin als boven om-
schreven), maar geen subwoofer behoeft
de lagetonenweergave ook niet gere-
digeerd te worden. Alle luidsprekers geven
gewoon alle lagetonen weer die in hun
betreffende kanaal voorkomen, het geluid
van het subwooferkanaal gaat echter nu
ook naar vijf luidsprekers. Een dergelijk
opgezet systeem vraagt natuurlijk wel erg
veel van de luidsprekers en hun versterkers:
ze moeten hun eigen werk doen en dat
van het subwooferkanaal.
• In een geluidssysteem met twee grote
voorluidsprekers (in de zin als boven
omschreven), een kleine midden- en
surroundluidsprekers en een subwoofer
worden de lagetonen van de gewone
kanalen door de grote voorluidsprekers en
de subwoofer weergegeven. De twee grote
luidsprekers geven dus het laag weer van
hun eigen kanalen en het laag dat bestemd
is voor de kanalen waar nu kleine
luidsprekers gebruikt worden. Ook de
subwoofer heeft nu een dubbele taak, hij
geeft z’n eigen sublaag weer plus de
lagetonen van de kleine luidsprekers. Dit
is een goede configuratie waar een paar
echt grote voorluidsprekers aangestuurd
worden door een aparte grote
eindversterker en de RSX-1055 de rest van
het werk moet doen.
• Maar dit is de configuratie die wij
adviseren: Vijf dezelfde (kleine) luidsprekers
aangevuld met een subwoofer. Alle lage-
tonen worden gestuurd naar de luidspreker
die daarvoor speciaal ontworpen is: de
subwoofer. De ware manier van bi-ampen.
De RSX-1055 kan ongestressed zijn werk
doen: schoon en onvervormd muziek-
signaal afleveren aan de vijf (kleine)
luidsprekers terwijl de subwoofer het zware
werk opknapt waarvoor hij is gemaakt (en
aangekocht). Dit is de juiste wijze van
surround plegen en wordt door ons dus
sterk aanbevolen, ook al kunnen de vijf
luidsprekers die de vijf kanalen weergeven
best lagetonen reproduceren.
EXTRA
INFORMATIE
: Een alternatieve manier om
kleine luidsprekers samen met een subwoofer
te gebruiken, is de kleine voorluidsprekers aan
te sluiten via het scheidingsfilter van de
subwoofer (indien aanwezig) en de subwoofer
aan te sluiten op de “FRONT” aansluitingen
van de RSX-1055. Op deze wijze moet u de