Rotel RSX-1055 Stereo System User Manual


 
58
RSX-1055 Surround Sound Tuner/Versterker
U doet dat op de volgende manier:
1. Druk op de “+/–” toetsen om het labelen
te beginnen.
2. Druk op de “+/–” toetsen om de eerste letter
te verwisselen voor andere letter uit de lijst.
3. Druk op de toets “ENT” om uw gekozen
letter te bevestigen en om door te gaan
naar de volgende positie.
4. Herhaal stappen 2 en 3 om alle vijf de letters
te wijzigen. Bij de laatste keer indrukken
van de “ENT” toets wordt het gehele label
in het geheugen geplaatst en wordt het
submenu verlaten.
INPUT: Op deze regel kiest u de letterlijke
plaats waar u de bron aansluit: de analoge
ingangen (ANALOG), één van de optische
ingangen (OPTICAL 1 of 2) of één van de
coaxiale ingangen (COAXIAL 1, 2 of 3).
Wanneer een digitale ingang wordt
geconfigureerd checked de RSX-1055 of er
wel een digitaal signaal aanwezig is, iedere
keer wanneer die bepaalde ingang gekozen
wordt. Ontdekt hij geen digitaal signaal, dan
wordt automatisch op analoog overgeschakeld.
Wanneer voor die ingang voor “ANALOG”
gekozen wordt, zal deze altijd het analoge
signaal weergeven zelfs wanneer een digitaal
signaal voorhanden is. Vanwege de “auto-
sensing” eigenschap is het dus raadzaam voor
“DIGITAL” te kiezen. Dit is dus de voorkeurs-
configuratie voor dvd-spelers.
EXTRA
INFORMATIE
: Wanneer een bepaalde
bron op een digitale ingang wordt
aangesloten, zal zijn signaal automatisch
worden doorgesluisd naar de beide digitale
uitgangen om te kunnen opnemen.
De wijze van surroundweergave:
SURR MODE. De wijze van surround-
weergave wordt bepaald door de instelling
die voor deze ingang is gemaakt, tenzij het
bronmateriaal om een andere decodering
vraagt of wanneer de instelling teniet wordt
gedaan door een andere keuze op de voorkant
van de RSX-1055 of middels de afstands-
bediening. De alternatieven zijn: Stereo, Dolby
Pro-logic II, Dolby 3 Stereo, Music 1-4, 5CH
Stereo, 7CH Stereo, Neo:6.
Dit zijn instellingen die u kunt maken voor iedere
ingang, maar kunnen in enkele gevallen teniet
worden gedaan door de “MODE” toetsen op
de voorkant of de “SUR+” toets op de
afstandsbediening. Zie hiervoor ook het
hoofdstuk “Surround Sound Bedienings-
organen” elders in deze gebruiksaanwijzing.
EXTRA
INFORMATIE
: De volgende weergave-
wijzen worden vrijwel altijd door de
RSX-1055 zelf ontdekt, actie uwerzijds is dan
ook niet nodig. Deze zijn: DTS, DTS ES Matrix
6.1, DTS Discrete 6.1, Dolby Digital, Dolby
Digital 2-channel (stereo), MP-3, HDCD en
PCM 2-channel (stereo).
Twee van de ingebakken surround instellingen
in dit menu bieden u toch nog een paar extra
opties. Tijdens Dolby Pro-Logic II weergave:
MUSIC, CINEMA en EMULATION en tijdens
DTS Neo:6: MUSIC en CINEMA. Tijdens deze
beide weergavewijzen staat ook de subfunctie
in het infoscherm vermeld. Ook de functie van
de “ENTER” toets, deze leidt u naar een
submenu waarin u de instellingen kunt
veranderen en parameters aan het Pro-Logic
II en DTS Neo:6 proces kunt toevoegen. Zie
hiervoor het volgende hoofdstuk.
Behalve wanneer u Pro-Logic II of DTS Neo:6
gekozen heeft via het “SURR MODE” menu,
moet u om terug te gaan naar het hoofdmenu,
op de toets “ENTER” drukken. Druk op de
“MENU” toets van de afstandsbediening om
het menu te sluiten.
EXTRA
INFORMATIE
: Om iedere ingang goed te
kunnen configureren, adviseren wij u naar
dit menu terug te keren iedere keer wanneer
u een broncomponent heeft aangesloten.
Het DTS Neo:6 Submenu
Dolby Pro-Logic II Submenu
DTS Neo:6
MODE: CINEMA
ENT KEY=input setup
+/– KEY=change
Wanneer Dolby Pro-Logic of DTS Neo:6 als
vaste keuze werd gemaakt in het ingangsmenu
“INPUT” (zie ook vorige onderwerp) kunt u
ook nog extra instellingen maken en parameters
veranderen om de decodering van het diverse
surround programmamateriaal (muziek of
filmsoundtracks) te verbeteren.
U kunt deze instellingen bereiken door één
van de submenu’s van Pro-Logic II of DTS Neo:6
te kiezen met de “ENTER” toets van het menu
“INPUT” wanneer één van beide weergave-
wijzen in functie is.
Het submenu ziet er uit als op bijgaand figuur.
Met in de kop Dolby Pro-Logic II of DTS Neo:6.
Bij DTS Neo:6 kunt u kiezen uit twee
mogelijkheden: CINEMA of MUSIC. Gebruik
de +/– toetsen om van keuze te wisselen.
Kies “CINEMA” voor optimale weergave
van het geluid van met DTS NEO:6
opgenomen speelfilms.
Kies “MUSIC” voor optimale weergave van
het geluid van met DTS NEO:6 opgenomen
muziekfilms.
Bij Dolby Pro-Logic kunt u kiezen uit drie
mogelijkheden: CINEMA, MUSIC of
EMULATION. Gebruik de +/– toetsen om van
keuze te wisselen.
Kies “CINEMA” voor betere kanaal-
scheiding en groter frequentiebereik bij
Dolby Pro-Logic II opgenomen speelfilms.
Kies “EMULATION” voor de weergave van
vooral oude films opgenomen met de Dolby
Pro-Logic (of overeenkomende) codeer-
techniek. Vergeleken met de standen
“MUSIC” en “CINEMA” zijn bij “EMU-
LATION” door een mindere kanaal-
scheiding en een aflopende hogetonen-
karakteristiek, vooral oude films veel
aangenamer om aan te horen.
Kies “MUSIC” voor betere kanaalscheiding
en groter frequentiebereik bij Dolby Pro-Logic
II opgenomen muziekfilms. Wanneer u
“MUSIC” kiest verschijnt het volgende scherm:
DOLBY PRO LOGIC II
MODE: Music
OPTIONAL PARAMETERS
PANORAMA: Off
DIMENSION: 3
CENTER WIDTH: 0
ENT KEY=input setup UP KEY=up
+/– KEY=change DWN KEY=down
Gebruik de op en neertoetsen (“UP”/”DWN”)
om een keuze te kunnen maken en gebruik
de “+/–” toetsen om een keuze te maken uit
de onderstaande mogelijkheden: