6
ENGLISH
ESPAÑOL
DEUTSCH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
êìëëäàâ
Aansluiten van het toestel
WAARSCHUWING
Om beschadiging en/of letsel te voorkomen
•
Aard het luidsprekersnoer niet rechtstreeks en sluit
evenmin een negatief snoer (–) aan voor verschillende
luidsprekers
.
•
Dit toestel is ontworpen voor auto’s met een accu van
12 V en negatieve aarding. Kijk bijgevolg eerst de
accuspanning na voor u het toestel installeert in een
recreatief voertuig, vrachtwagen of bus
.
•
De accu raakt mogelijk uitgeput indien de autostereo
langdurig is ingeschakeld maar de motor stationair
draait of is uitgeschakeld. Zet de autostereo uit
wanneer de motor stationair draait of is uitgeschakeld
.
•
Als het systeem-afstandbedieningssnoer van de
versterker is aangesloten op de spanningsaansluiting
via de contactschakelaar (12 V gelijkstroom), is de
versterker altijd ingeschakeld wanneer het contact
aanstaat, ongeacht of de autostereo wel of niet door u is
aangezet. Hierdoor raakt de accu mogelijk uitgeput
wanneer de motor stationair draait of is uitgeschakeld.
•
Luidsprekers die op de versterker worden aangesloten
moeten overeenstemmen met de hieronder vermelde
normen. Indien dat niet het geval is, kan dit leiden tot
brand of beschadiging van de luidspreker. Gebruik
luidsprekers met een impedantie van 2 ohm t/m 8 ohm.
In geval van twee-kanaals en andere brugverbindingen
moet de luidsprekerimpedantie 4 ohm t/m 8 ohm zijn.
•
Plaats en leid het los verkrijgbare accudraad zo ver als
mogelijk uit de buurt van de luidsprekerdraden. Plaats en
leid het los verkrijgbare accudraad en aardedraad,
luidsprekerdraden en de versterker zo ver als mogelijk
uit de buurt van de antenne, antennekabel en tuner.
•
Snoeren voor dit toestel en overeenkomende snoeren
voor andere toestellen hebben mogelijk verschillende
kleuren ookal is de functie van de snoeren hetzelfde.
Zie voor het verbinden van dit toestel met een ander
toestel daarom de handleiding van beide toestellen en
verbind de snoeren met dezelfde functie met elkaar.
Luidsprekerkanaal Luidsprekertype Vermogen
Vier kanalen
Subwoofer Nominale ingang: min. 55 W
Andere dan subwoofer Maximale ingang: min. 100 W
Twee kanalen
Subwoofer Nominale ingang: min. 150 W
Andere dan subwoofer Maximale ingang: min. 200 W
Drie kanalen Subwoofer Nominale ingang: min. 55 W
Luidsprekeruitgang A Andere dan subwoofer Maximale ingang: min. 100 W
Drie kanalen Subwoofer Nominale ingang: min. 150 W
Luidsprekeruitgang B Andere dan subwoofer Maximale ingang: min. 200 W
WAARSCHUWING
•
Voorkom kortsluiting en beschadiging van de eenheid
en ontkoppel de nagatieve (–) accupool van het
voertuig.
•
Zet de bedrading met kabelklemmen of isoleer- of
plakband vast. Bescherm de bedrading door de
gedeelten in de buurt van metalen delen met
isoleerband af ze dekken.
•
Leid de draden niet langs plaatsen die heet worden,
bijvoorbeeld in de buurt van de
verwarmingselementen. Indien de isolatie van draden
heet wordt, zullen de draden worden beschadigd met
kortsluiting tot gevolg.
•
Zorg dat de bedrading de werking van bewegende of
verplaatsbare onderdelen, bijvoorbeeld de versnelling,
handrem of stoelverstelmechanismen van het de auto
niet hindert.
•
Sluit draden niet kort. Het beschermingscircuit werkt
anders namelijk niet wanneer het voor de veiligheid
zou moeten functioneren.
•
Tap het spanningsdraad van dit toestel niet af voor
gebruik van andere apparaten. Het vermogen van het
draad zou dan namelijk worden overschreden, met
oververhitting tot gevolg.
•
Vervang de zekering in geen geval door één met een
hoger vermogen of hogere waarde dan de originele.
Gebruik van een verkeerde zekering kan leiden tot
oververhitting en rookontwikkeling en tot beschadiging
van het product en letsel, bijvoorbeeld brandwonden.