Harman-Kardon 355 Home Theater System User Manual


 
24 SYSTEEMCONFIGURATIE
Zelf Instellen
De AVR 255/AVR 355 is flexibel ontworpen en
geschikt voor vrijwel elke bestaande luidspreker.
Dankzij die flexibiliteit kan de AVR 255/AVR 355
worden geconfigureerd voor uw specifieke luid-
spreker en compenseren voor de akoestiek van
uw luisterruimte.
EzSet/EQ detecteert automatisch de eigenschap-
pen van elke luidspreker en past de prestaties van
de AVR 255/AVR 355 in uw systeem daarop aan.
Wanneer u om wat voor reden dan ook EzSet/EQ
niet kunt gebruiken, b.v. de microfoon staat niet
goed of u wilt nadere instellingen maken op basis
van de door EzSet/EQ gemaakte instellingen, dan
kunt u de in-beeld menu’s van Manual Setup (zelf
instellen) gebruiken als beschreven in deze para-
graaf.
Voordat u zelf de instellingen gaat maken, stelt u
de luidsprekers in de juiste positie in de kamer op
(zie paragraaf Luidsprekeropstelling) en u sluit ze
op de AVR aan. U heeft daarvoor de specificaties
van alle luidsprekers nodig die u meestal kunt
vinden in de handleiding van de luidsprekers of
op de website van de fabrikant. Neem zonodig
contact op met de fabrikant om er achter te
komen wat het frequentiebereik is. Hoewel het
instellen van het juiste niveau bij zelf instellen op
het gehoor kan worden gedaan, raden we u aan
een geluidsdrukmeter (SPL) te kopen bij een
plaatselijke elektronica-winkel.
We raden u aan de instellingen te noteren in de
daarvoor bestemde Tabel A3 tot A7 in de bijlage
voor het geval u ze opnieuw moet invoeren, of
wanneer de Hoofd Netschakelaar is uitgeschakeld
of het apparaat meer dan vier weken niet op het
lichtnet aangesloten is geweest.
Stap Eén – Bepaal de
Wisselfrequentie
Zonder gebruik te maken van EzSet/EQ kan de
AVR 255/AVR 355 niet vaststellen hoeveel luid-
sprekers er zijn aangesloten; evenmin kan niet
worden bepaald wat de eigenschappen ervan
zijn. Raadpleeg voor dit deel van de systeem con-
figuratie de technische gegevens van de luid-
sprekers.
Zoek het frequentiebereik op dat meestal is
aangegeven als een range, b.v. 100 Hz – 20 kHz
(±3 dB). Deze gegevens vertellen u of de luid-
spreker geschikt is signalen met zeer lage of zeer
hoge frequenties weer te geven. Belangrijk is
vooral de laagste frequentie die de hoofd luid-
sprekers kunnen weergeven, wat in dit voorbeeld
100 Hz is. Gebruik het werkblad van Tabel A5 in
de bijlage om dit gegeven voor de wisselfrequen-
tie van die luidspreker te noteren. Dat is niet het-
zelfde als de wisselfrequentie die in de specifi-
catie van de luidspreker wordt opgegeven.
Het frequentiebereik van de subwoofer betreft
slechts de allerlaagste frequenties waarvoor deze
ook is ontworpen.
Een typisch frequentiebereik voor een subwoofer
is 25 – 150 Hz. In dat geval wordt de hoogste
waarde in het werkblad genoteerd.
Deze informatie is noodzakelijk om het bass-man-
agement te programmeren dat bepaalt welke
luidsprekers de receiver zal gebruiken om de lage
frequenties (bassen) in het programmateriaal
weer te geven.
Stuurt u de laagste tonen naar kleine satelliet
luidsprekers dan zult u deze niet erg goed horen
en kunt u zelfs deze luidsprekers beschadigen. En
wanneer u de hoogste tonen naar een subwoofer
stuurt, hoort u helemaal niets.
Met het juiste bass-management splitst de AVR
255/AVR 355 het bronsignaal op het punt van de
wisselfrequentie. Alle informatie hoger dan de
wisselfrequentie gaat naar de satelliet luidsprek-
ers (front links/rechts, center, surround
links/rechts, of surround achter links/rechts) en
alle informatie beneden de wisselfrequentie gaat
naar de subwoofer. Dat leidt tot optimale presta-
ties van alle luidsprekers in het systeem voor een
aansprekend klankbeeld.
Stap Twee – Luidsprekerafstanden
Het zou ideaal zijn wanneer alle luidsprekers in
een cirkel zouden staan en allemaal dezelfde afs-
tand tot de luisterpositie zouden hebben. Maar
dat is in de meeste kamers onpraktisch en dus
worden sommige luidsprekers wat verder weg
geplaatst dan anderen. Dat beïnvloedt het totale
klankbeeld van de receiver doordat geluiden die
gelijktijdig moeten aankomen door de grotere
afstand van sommige luidsprekers later arriveren.
De AVR 255/AVR 355 heeft een instelbare ver-
traging waarmee de receiver kan compenseren
voor de afwijkende opstelling van sommige luid-
sprekers.
Voordat u deze instellingen maakt, meet u de afs-
tand van elke luidspreker tot de luisterpositie en u
noteert die in het werkblad Tabel A3 in de bijlage.
Zelfs wanneer alle luidsprekers op dezelfde afs-
tand tot de luisterpositie staan, dient u toch de
afstanden in te voeren als aangegeven in Stap
Drie.
Stap Drie – Zelf Instellen Menu
U bent nu gereed om deze instellingen in de
receiver te maken. Neem plaats op de normale
luisterpositie en maak de kamer zo stil als
mogelijk is.
Met de receiver en het beeldscherm ingeschakeld,
drukt u op AVR op de afstandsbediening om het
menusysteem op te roepen. Verplaats de cursor
met L naar de regel Speaker Setup (luid-
sprekeropzet) en druk op OK om het Luidspreker
Setup menu op te roepen. Zie afbeelding 4.
Heeft u eerder EzSet/EQ gedraaid, dan zijn die
resultaten bewaard gebleven. Om de resultaten
van EzSet/EQ bij te stellen of de AVR geheel
opnieuw te configureren, kiest u Manual Setup
(zelf instellen). Het menu van afbeelding 9 ver-
schijnt.
Afbeelding 9 – Menu Luidsprekers Zelf Instellen
Opmerking: alle luidspreker submenu’s hebben
de Exit (verlaten) en Back (terug) opties die u
onderin afbeelding 9 ziet. Om naar een vorig
menu terug te gaan zonder iets te wijzigen, kiest
u Exit. Om de huidige instellingen te bewaren
kiest u Back.
Heeft u eerder EzSet/EQ resultaten in dit deel van
de Setup bewaard en u wilt de luidsprekers hele-
maal opnieuw instellen, kies dan Reset.
Voor optimale resultaten raden we aan de luid-
sprekers in de aangegeven volgorde te configur-
eren, hoewel dit kan afwijken van de volgorde
waarin de submenu’s in het Manual Speaker
Setup menu verschijnen: Number of Speakers
(aantal), Crossover (wisselfilter) (size – grootte),
Sub Mode (subwoofer functie), Distance (afstand)
en Level Adjust (niveau instelling).
Systeemconfiguratie